Beekvlietse gedichten
Op 8 november 1942 werden de Haarense preventieve gijzelaars overgeplaatst naar het seminarie Beekvliet in Sint-Michielsgestel. Net als in Haaren werden er in Beekvliet cursussen gegeven, liederen en gedichten geschreven en werd het podium bestegen. Een van de gegijzelden was de Limburger Leon Hameleers. Hij werd op 15 december vrijgelaten. In die vijf weken dat hij in Sint-Michielsgestel verbleef zijn er twee ontspannende avonden geweest. Op 21 november 1942 werden er gedichten voorgedragen. Op 5 december bezocht Sinterklaas de gijzelaars. In de nalatenschap van Leon Hameleers werd een schrift aangetroffen waarin de gedichten en liederen staan, die in zowel Haaren, als in Gestel voorgedragen werden. Zeven daarvan werden in Beekvliet op de planken gebracht. Daaronder ook de rijmregels die Sint-Nicolaas en Piet uitspraken. De schrijvers waren de Haagse vakbondsbestuurder J.A. (Jos) van Seggelen (Beekvlietzang en het Sinterklaasgedicht), de Waalwijker en hoofdredacteur van het Provinciale Noordbrabantse en Bossche Courant Het Huisgezin, nu het Brabants Dagblad, C.C. (Joep) Naninck (Als ik niet weerkeer en Weerkomst) en de Roosendaalse burgemeester C.A. (Claudius) Prinsen (Als ik weer thuiskom, Zondagavond en Tentoonstelling).
(met dank aan Marc Hameleers – Gedenkplaats Haaren).